Bepalen van de schadevergoeding bij overlijden
Wanneer in het algemeen een onrechtmatige daad het overlijden van het slachtoffer tot gevolg heeft, dan hebben de nabestaanden uiteraard een recht op schadevergoeding. Deze schadevergoeding zal zowel een materiële als een morele component hebben. Niet alleen schade aan de nabestaanden wordt vergoed, ook de schade die veroorzaakt werd aan het slachtoffer bij leven (voor het overlijden) komt voor uitbetaling in aanmerking.
De indicatieve tabel geeft ons een opsomming van mogelijke schadeposten bij een overlijden. De volgende categorieën worden behandeld daarin:
4.Het overlijden
4.1. Begrafeniskosten
Deze kosten moeten door de aansprakelijke persoon terugbetaald worden.
4.2. Schade ex haerede
Deze omvat het geheel van de vermengde morele en materiële schade die veroorzaakt werd aan het slachtoffer tussen het ongeval en het tijdstip van het overlijden. Daarbij is er ook specifiek aandacht voor het geval waarin het slachtoffer zich bewust is van zijn nakende overlijden.
4.3. Schade van de naastbestaande
4.3.1. Morele schade
In tegenstelling tot de anglosaksische traditie worden de morele en psychische gevolgen van een overlijden op de dichte nabestaanden schromelijk ondergewaardeerd. De indicatieve tabel geeft ons een lijst met forfaitaire bedragen afhankelijk van de band met het slachtoffer, maar deze zijn duidelijk geen correcte waardering van het leed dat de nabestaanden dragen. Elke affectieve band moet in aanmerking komen voor een vergoeding. Hoe dichter de band, hoe groter in principe de vergoeding zal zijn.
Overleden slachtoffer | Begunstigde | Vergoeding |
Gehuwd/etc. | Gehuwd/etc. | 15.000 € |
Inwonende ouder | Inwonend kind | 15.000 € |
Inwonende ouder | Inwonend weeskind | 24.000 € |
Niet-inwonende ouder | Niet-inwonend kind | 6.000 € |
Inwonend kind | Ouder | 15.000 € |
Zelfstandig wonend kind | Ouder | 6.000 € |
Miskraam | Ouder | 3.000 € |
Inwonende broer/zuster | Inwonende broer/zuster | 3.000 € |
Niet-inwonende broer/zuster | Niet-inwonende broer/zuster | 1.800 € |
Inwonende grootouders | Inwonende kleinkinderen | 3.000 € |
Niet-inwonende grootouders | Niet-inwonende kleinkinderen | 1.500 € |
Inwonende kleinkinderen | Inwonende grootouders | 3.000 € |
Niet-inwonende kleinkinderen | Niet-inwonende grootouders | 1.500 € |
Met goede motivering zal de rechter hiervan afwijken. Elk geval dient afzonderlijk bekeken worden.
4.3.2. Materiële schade
Het economisch verlies voor de nabestaanden doordat het inkomen van de overledene wegvalt, of de economische waardering van het aandeel in de huishoudelijke taken van het slachtoffer, kan ook voor vergoeding in aanmerking komen.
4.3.2.1. Schade wegens het verlies van inkomsten van de overledene
In het algemeen wordt het aandeel berekend op basis van het gezamenlijke gezinsinkomen en dient het eigen inkomen van het slachtoffer daarop in mindering te worden gebracht. Deze formule wordt daarvoor als uitgangspunt genomen:
Gezinsinkomen 100 % /
Totaal aantal gezinsleden vóór overlijden + 1
4.3.2.2. Schade geleden door verlies van huishoudelijke taken geleverd door het slachtoffer
Het aandeel van het overleden slachtoffer in het huishouden moet bepaald worden. Dit aandeel wordt vervolgens verdeeld op een forfaitair bedrag van 20 EUR per dag, te vermeerderen met 7 EUR voor elk kind ten laste.
Deze bedragen zijn, zoals de benaming doet vermoeden, indicatief
In zoverre ook een fout van het slachtoffer aan de basis ligt van het ongeval en de schade, dan zal de schadevergoeding bij overlijden volgens dat aandeel verminderd worden.
Overleden kind
Een bijzondere categorie is het overlijden van een kind.
Zo kan de invloed van het overlijden op het leven en de carrière van de ouders zeer sterk zijn.
Deze situaties moeten geval per geval bekeken en berekend worden. Een sterke motivering kan en groot verschil uitmaken in de uiteindelijk toegekende bedragen.