Nummer met lokaal tarief

Artikels

Bewijs van uitvoering van de aanneming rust bij de aannemer

Wanneer een aannemer bijgevolg betaling vordert voor overeengekomen werken en de opdrachtgever aanvoert dat de werken of een gedeelte ervan niet door de aannemer werden uitgevoerd, komt het, in beginsel, aan deze laatste toe te bewijzen dat hij de werken heeft uitgevoerd.

Meer Lezen

Dagvaarding van de vennootschap om overdracht te registeren

De vennootschap kan de inschrijving van een overdracht of overgang van aandelen niet dwarsbomen zonder geldige grondslag. De aandeelhouder beschikt over een vorderingsrecht tegen de vennootschap om het aandelenregister bij te houden en alle door de wet voorgeschreven gegevens in te registeren. De nieuwe aandeelhouder kan de vennootschap in rechte dagvaarden.
De vennootschap kan evenwel de registratie weigeren wanneer blijkt dat de overdracht of overgang ongeldig is. Dan hadelt de vennootschap wel op eigen verantwoordelijkheid.

Meer Lezen

Origineel aandeelhoudersregister moet op de zetel blijven

Als in het kader van een gerechtelijke procedure de voorlegging van het aandeelhoudersregister wordt gevraagd, moet een afschrift in de vorm van een fotokopie gevorderd worden. De inzage van het origineel is niet mogelijk omdat dit een verplaatsing van het register zou vragen buiten de zetel, wat in strijd met de wet is.

Meer Lezen

Verzekeringsagent krijgt vergoeding wegens beëindiging

De kennisgeving dat het recht op een uitwinningsvergoeding zal ingeroepen worden is niet onderworpen aan de formaliteiten van de artt. 2242 ev. BW. Het volstaat dat de handelsagent zijn voornemen om zijn recht te doen gelden duidelijk heeft doen blijken.

Dit houdt derhalve in dat deze kennisgeving kan samenvallen met de dagvaarding waarvan het onbetwist is dat ze tijdig werd betekend.

Het bedrag van de uitwinningsvergoeding wordt bepaald rekening houdend zowel met de gerealiseerde uitbreiding van de zaken als met de aanbreng van klanten.

De rechtbank stelt vast dat de relatie tussen partijen ogenschijnlijk gedurende meer dan 10 jaar probleemloos heeft gefunctioneerd. Vermoedelijk hebben beide partijen daarna te lijden gehad onder de financiële crisis en de gevolgen daarvan. Dit verklaart waarom JB in 2014 is gaan zoeken naar een bijkomende bron van inkomsten, met goedvinden van Ergo.

Gelet hierop en op de billijkheid begroot de rechtbank zelf de uitwinningsvergoeding die krachtens de wet toekomst aan JB dan ook op een forfaitair bedrag van 9.446,73 EUR (3 maanden commissie). Om dezelfde redenen die hierboven werden vermeld, wijst de rechtbank de vraag tot aanstelling van een gerechtsdeskundige af en begroot zij deze vergoeding op definitieve en niet op provisionele wijze.

Meer Lezen

Ook rechtsbijstand buiten procedure

Artikel 4, eerste lid van richtlijn 87/344 heeft een algemene strekking en heeft ook een bindend karakter.

Het Hof oordeelt dat een rechtsbijstandsverzekeraar dat de praktijk waarbij de verzekeraar via een eigen dienst juridische hulp biedt niet verhindert dat de rechtszoekende een vrij gekozen advocaat raadpleegt. De verzekeraar zal deze advocaat moeten vergoeden, zelfs indien de verzekeraar meent dat dit voorbarig zou zijn.

De rechtsbijstandsverzekeraar kan de verzekerde dat recht niet contractueel verhinderen.

Het maakt daarbij niet uit of de bijstand door een advocaat bij de desbetreffende gerechtelijke of administratieve procedure naar nationaal recht verplicht is.

Meer Lezen

Stakingsvordering op grond van huiszoeking op eenzijdig verzoekschrift

Met de stukken, bekomen na een rechterlijke uitspraak bij eenzijdig verzoekschrift, zonder dat enige waarborg verleend is omtrent het vertrouwelijk karakter en de vertrouwelijke behandeling van het materiaal, door de afstapping van een gerechtsdeurwaarder en een informatieanalist, in aanwezigheid van een personeelslid van de concurrent – voormalig werkgever, in het kantoor en de privé-woning van de concurrent – voormalig werknemer, wordt bij de beoordeling van de zaak geen rekening gehouden, wegens schending van artikel 8 EVRM.

De afwerving van cliënteel en van leveranciers van een concurrent is op zich geoorloofd. Zij vloeit voort uit de vrijheid van concurrentie.

De afwerving is pas onrechtmatig omwille van het doel dat ze beoogt dan wel omwille van de bijzondere omstandigheden waarin ze plaatsvindt.

De prospectie en de afwerving van cliënteel, personeel en leveranciers van een concurrent is in principe geoorloofd, zelfs wanneer dit gebeurt door een gewezen medecontractant. Het kan een ex-werknemer niet worden verboden gebruik te maken van de vorming, beroepskennis en ervaring die hij heeft opgedaan bij zijn vroegere werkgever. Het systematisch benaderen van het cliënteel dat hij voordien voor rekening van zijn ex-werkgever benaderde, is op zich niet onrechtmatig.
Een verkoper mag alles in het werk stellen om de klanten van zijn concurrenten in te palmen. Hij mag daarbij gebruik maken van de kennis die hij heeft verworven toen hij nog werkte bij zijn huidige concurrent, ook wanneer deze kennis betrekking heeft op diens klantenbestand (zie Overzicht van Rechtspraak, P. DE VROEDE en H. DE WULF ‘Algemeen handelsrecht en handelspraktijken 1998-2002′, T.P.R. 2005, nr. 212, blz. 226 – 227 en de rechtspraak waarnaar verwezen wordt).

Meer Lezen

Bewijs van schadevergoeding na ontbinding

De contractspartij die een eis tot ontbinding heeft ingesteld, kan aanspraak maken op een schadevergoeding. Deze bijkomende schade, waarvan de vergoeding naast het voordeel van de ontbinding wordt gevraagd, moet bewezen worden.

Meer Lezen

Toezichtsfout chirurg

De geneesheer-chirurg blijft in alle omstandigheden de coördinator van het geheel der handelingen die tot gemeenschappelijk doel hebben, de zieke chirurgisch te behandelen.
De chirurg schiet op specifieke wijze te kort in zijn toezichtsopdracht door de mogelijkheid van een postoperatoir risico en het zich gebeurlijk voordoen daarvan, van de hand te wijzen.
De chirurg die niet alle middelen aanwendt om hem toe te laten een diagnose te stellen over de infectie en deze tijdig te lijf te gaan, begaat een fout.
De oorzakelijke daadkracht van een fout wordt niet uitgesloten door het feit dat deze fout alléén de schade niet zou vermogen te verwekken.
De fouten die bestaan in een nalaten, het is te zeggen in het feit van niet de specifieke houding aan te nemen die door de omstandigheden wordt opgedrongen (voorzorgs – controle – en veiligheidsmaatregelen), vervoegen de oorzakelijke daadkracht ten aanzien van de schade, wanneer er zich specifieke handelingen opdrongen die het ontstaan van de schade hadden kunnen voorkomen of die de schadelijke gang van zaken hadden kunnen doen wenden.

Meer Lezen

Informatieplicht bij sterilisatie

In de huidige stand van wetenschap en techniek wordt aangenomen dat er bij welke sterilisatietechniek ook steeds, zij het uiterst miniem, een risico op zwangerschap blijft bestaan. In die omstandigheden heeft de gynaecoloog geen resultaatsverbintenis aangegaan.
De gynaecoloog dient te bewijzen dat hij het echtpaar volledig en juist heeft geïnformeerd en meer precies dat er steeds een, zelfs maar minieme, kans bestond op zwangerschap. Hij kan zich daartoe niet beroepen op het feit dat hij een brochure heeft meegegeven, nu in deze brochure de sterilisatie als definitief wordt voorgesteld.
Door zijn fout heeft de gynaecoloog aan het echtpaar de kans ontnomen de nodige maatregelen te nemen ter voorkoming van een mogelijke zwangerschap. Het oorzakelijk verband tussen deze fout en de schade is daardoor bewezen.
Van morele schade is geen sprake omdat dit erop kan wijzen dat het kind als een last wordt beschouwd. Het vorderen van materiële schade heeft echter geenszins deze betekenis. Ouders zijn gerechtigd op de vergoeding van materiële schade die het gevolg is van zwangerschap, geboorte en opvoeding. Ook de medische kosten en de ongemakken verbonden aan de mislukte sterilisatie moeten worden vergoed.

Meer Lezen