Kh Oudenaarde 3 maart 2015
A/14/00165 –
Verweerster op hoofdeis is van oordeel dat zij niet gehouden is tot betaling gelet op de contractuele wanprestaties in hoofde van eiseres op hoofdeis: foutief advies inzake de overname van de vennootschap B.V.B.A. DIADEL NEW en het wegwerken van de rekening-courant, het niet uitvoeren van de vereiste formaliteiten inzake de Kruispuntbank van Ondernemingen en de miskenning van de adviserings-en informatieplichten en inbreuk op de beroepsnormen door eiseres op hoofdeis.
Ongeacht of verweerster op hoofdeis de facturen, voorwerp van de hoofdeis, wel of niet had ontvangen, diende verweerster op hoofdeis eiseres op hoofdeis in gebreke gesteld te hebben op het ogenblik dat zij had vastgesteld dat eiseres op hoofdeis fouten had begaan. De facturen staan op zich los van deze wanprestaties.
Het gemeen verbintenissenrecht vereist een ingebrekestelling. Het doel van de ingebrekestelling is de wanprestatie reeds te doen intreden in de gevallen waarin dat niet van rechtswege geschiedt en de schuldenaar een laatste kans te bieden zijn verplichtingen vooralsnog uit te voeren en is vereist voor de toepassing van de nadelige gevolgen die de wanprestatie voor de in gebreke zijnde schuldenaar meebrengt (G. BAERT, Aanneming van werk., in A.P.R., Kluwer, 2001, p. 281, nr. 827). Een in-gebrekestelling is een formele aanmaning waardoor de schuldeiser duidelijk en ondubbelzinnig laat weten dat contractuele wanprestatie worden verweten en wat de aanspraken zijn.
Het vereiste van een ingebrekestelling geldt zowel wanneer de schuldeiser de uitvoering in natura eist als wanneer hij vervangende schadevergoeding wil bekomen.
De civielrechtelijke sancties die aan een beweerdelijke contractuele tekortkoming zijn verbonden, kunnen slechts uitwerking krijgen na een voorafgaande aanmaning (Cass. 9 april 1976, Arr. Cass. 1976, 921; Gent 6 mei 2003, N.J.W. 2003, 1006 en de verwijzingen aldaar).
Bij ontstentenis van een ingebrekestelling blijft de verbintenis bestaan, doch is de afdwingbaarheid geneutraliseerd; de schuldenaar is niet in gebreke de verbintenis na te komen zolang geen ingebreke-stelling is gebeurd. De schuldenaar kan geen verwijt richten m.b.t. de schade die hij “lijdt” zolang geen ingebrekestelling gebeurde:’ enkel zijn eigen inactiviteit ligt aan de basis van die toestand (L. CORNELIS, Algemene theorie van de verbintenis, lntersentia, Antwerpen, 2000, p. 520, nr. 412).
De rechtbank stelt vast dat verweerster op hoofdeis op geen enkel ogenblik eiseres op hoofdeis in gebreke heeft gesteld, minstens wordt hiervan geen enkel bewijs voorgelegd. Verweerster op hoofdeis werpt de contractuele wanprestaties voor het eerst op nadat hij werd aangemaand in betaling van de openstaande factuurbedragen.