Bestelling auto, veranda, keuken of zwembad bindend of niet?
Regelmatig doen zich gevallen voor waarbij een consument wenst af te zien van het bestelde product of dienst.
Wanneer een verkoop mondeling werd afgesloten, doen zich geen noemenswaardige problemen voor. De verkoper moet bewijzen welke modaliteiten de overeenkomst had. Indien de consument weigert af te nemen (en uiteraard niet erkend een product afgenomen te hebben), zal zich in hoofde van de verkoper een bewijsprobleem stellen. Boven de 375 EUR is overeenkomstig het burgerlijk wetboek zelfs verplicht een schritelijke overeenkomst verplicht.
In de meeste gevallen echter zal de consument reeds een document ondertekend hebben (vaak genaamd “bestelbon”), waarbij hij zich verbindt om het product in kwestie af te nemen.
Afhankelijk van de formulering, hebben deze documenten in principe de bindende kracht van een overeenkomst, na het verstrijken van een contractuele of de wettelijke (indien toepasselijk) bedenktermijn. Dit houdt ook in dat consumenten in principe deze overeenkomsten moeten eerbiedigen.
Dit zal alleszins niet gelden voor een offerte van de verkoper die door de consument niet is tegengetekend. Of een louter vrijblijvende prijsopgave die door de verkoper is opgesteld en waarbij de consument over een termijn beschikt om al dan niet op het voorstel in te gaan.
Eenzijdig annuleren
Het type-producten waar zich potentieel problemen voordoen, betreffen vooral geproduceerde goederen van enige waarde die zijn afgestemd op het gebruik ervan door de consument. Denk vooral aan de bestelling van een keuken, een veranda of zelfs een auto.
Consumenten die zich bedenken, wensen vaak de overeenkomst éénzijdig te annuleren / verbreken. Vaak kan dit volgens de contractuele voorwaarden niet, of enkel mits het betalen van een schadevergoeding.
De bedragen die dan door de producent/verkoper gevorderd worden, zijn vaak aanzienlijk.
Deze bedingen worden ook wel verbrekingsbedingen of opzegbedingen genoemd. Deze bieden de consument de mogelijkheid om de bestelling te annuleren, mits betaling van een vooraf vastgesteld bedrag (vaak een percentage).
De vraag of deze verbrekingsbedingen wettelijk zijn, komt dan ook vaak terug in de jurisprudentie.
Nietigheid verbrekingsbeding
O.a. onder invloed van Europese richtlijnen (waaronder richtlijn 93/13/EEG en 2011/83/EU) is de reglementering omtrent onrechtmatige bedingen steeds strikter geworden.
Vooraf was er naar Belgisch recht reeds de wet van 14 juli 1991 betreffende de handelspraktijken en de voorlichting en bescherming van de consument.
De richtlijn van 5 april 1993 (93/13/EEG) bepaalt dat oneerlijke bedingen in overeenkomsten tussen een verkoper en een consument de consument niet binden.
Een beding is oneerlijk indien het, in strijd met de goede trouw, het evenwicht tussen de uit de overeenkomst voortvloeiende rechten en verplichtingen van de partijen ten nadele van de consument aanzienlijk verstoort.
Deze toepassing van de goede trouw werd ook in eerdere rechtspraak, voor de inwerkingtreding van specifieke wetgevende initiatieven op het vlak van consumentenrechten, reeds toegepast.
Thans bestaan er dus strikt gereglementeerde normen waaraan dergelijke verbrekingsbedingen moeten voldoen.
Wanneer blijkt dat de daarin bepaalde vergoedingen onredelijk zijn, zal de geldigheid van dergelijke clausules aangevochten kunnen worden.>
Een arrest van het Hof van Beroep te Gent aangaande de annulatie van de bestelling van een keuken illustreert deze zienswijze.