Wettelijke bepaling voorrang van rechts
Voorrang van rechts, wat zegt de wet? Art. 12.3.1 Wegcode (Wegverkeersreglement KB 1 december 1975)
12.3.1. Elke bestuurder moet voorrang verlenen aan de bestuurder die van rechts komt, behalve indien hij op een rotonde rijdt of indien de bestuurder die van rechts komt uit een verboden rijrichting komt.
De bestuurder moet evenwel voorrang verlenen aan iedere bestuurder die rijdt op de openbare weg of de rijbaan die hij oprijdt:
a) wanneer hij uit een openbare weg of een rijbaan met een verkeersbord B1 (omgekeerde driehoek) of met een verkeersbord B5 (stop) komt.
B1 B5
b) wanneer hij uit een aardeweg of een pad op een openbare weg met een rijbaan komt.
Voorrang van rechts niet absoluut
De regel van voorrang van rechts verleent geen absoluut recht aan de voorrangsgerechtigde bestuurder.
Zo zal een fietser die rijdt in een verboden richting een niet voorzienbare omstandigheid vormen voor een bestuurder die de voorrang van rechts had moeten verlenen, maar de fietser niet had kunnen zien naderen.
Ook de snelheid van de voorranghebbende bestuurder kan van belang zijn. Wanneer de snelheid te hoog of onaangepast is, zal deze bestuurder immers een niet te voorziene hindernis vormen voor de bestuurder die voorrang moet verlenen.
Gebruik van de richtingaanwijzer
Het foutief gebruik van de richtingaanwijzer kan een voorrangsplichtige bestuurder in de war brengen, zodat in dat geval de voorrangsregel komt te vervallen. De bestuurder die onder die omstandigheden een kruispunt oprijdt, wordt misleid in zijn gegronde verwachtingen dat de andere bestuurder de rijweg gaat verlaten.
Voorrang van rechts na stoppen
Sedert 1 maart 2007 is de regel geschrapt dat U als bestuurder de voorrang van rechts verliest na eerst gestopt te zijn. Dit voorschrift veroorzaakte veel verwarring en gaf meer dan eens aanleiding tot betwistingen. Ook was er een bewijsprobleem, omdat vaak niet het bewijs kon geleverd worden dat de voorrangsplichtige bestuurder (m.n. deze die van rechts komende eerst gestopt was) daadwerkelijk tot stilstand was gekomen.
Nu is de voorrang van rechts dus steeds afdwingbaar, zelfs al is de bestuurder die van rechts komt eerst gestopt, zolang dit uiteraard niet de voorrangsplichtige bestuurder in zijn verwachtingen verschalkt. Daar stelt zich dus nog steeds een belangrijke voorwaarde aan de voorrang van rechts.