Beëindiging wegens dringende reden
Een handelsagentuur kan ook beëindigd worden wegens dringende reden zonder een opzegtermijn in acht te nemen. Deze zeer ingrijpende manier van beëindiging is dan ook strikt gereglementeerd.
Art. 19 van de handelsagentuurwet bepaalt hieromtrent:
“Art. 19. Elke partij kan, onverminderd alle schadeloosstellingen, de overeenkomst zonder opzegging of voor het verstrijken van de termijn beëindigen, wanneer uitzonderlijke omstandigheden elke professionele samenwerking tussen de principaal en de handelsagent definitief onmogelijk maken of wanneer de andere partij ernstig tekort komt in haar verplichtingen.”
Deze bepaling is hernomen onder boek X als art. X.17 in het Wetboek Economisch Recht.
Gezien de zeer strenge reglementering is het ten zeerste aan te raden advies in te winnen vooraleer een éénzijdige bëeindiging wegens dringende reden door te voeren. Het is zeker ook nuttig om contracten specifiek aan te passen om vooraf te anticiperen op dergelijk gevallen. U kan advocatenkantoor Cassier & Van Maldeghem met een ruime ervaring in deze materie contacteren om U daarin bij te staan.
Welke dringende reden?
De beëindiging wegens dringende reden kan zowel voor handelsagentuurovereenkomsten van bepaalde, als van onbepaalde duur.
De dringende reden die wordt ingeroepen moet bestaan uit:
– uitzonderlijke omstandigheden die elke verdere professionele samenwerking tussen partijen onmogelijk maken;
– een ernstige tekortkoming in de verplichtingen die op de andere partij rust;
In de beide gevallen moet de voortzetting van de overeenkomst onmogelijk zijn.
De partij die zich op een dringende reden beroept, maar deze niet conform de wettelijke bepalingen toepast, is gehouden de andere partij een vergoeding te betalen.
Uitzonderlijke omstandigheden
Het voorstel van de richtlijn 86/653/EEG omschrijft dit als “Een omstandigheid die de uitvoering van de overeenkomst onmogelijk maakt of ernstig in gevaar brengt of die een aanzienlijke verstoring van de commerciële grondslagen van de overeenkomst teweegbrengt, en om deze redenen niet kan worden gevergd dat de overeenkomst tot het verstrijken van de opzeggingstermijn of van de overeengekomen einddatum in stand wordt gehouden”.
Het gaat om een objectief element met de combinatie van een subjectief element, m.n. het niet meer kunnen verderzetten van de samenwerking.
Van belang hierbij is het onderscheid tussen overmacht en imprevisie, m.n. of het noodzakelijk is dat de samenwerking volledig onmogelijk wordt gemaakt.
Het begrip uitzonderlijke omstandigheden impliceert volgens sommige rechtsleer een voorzienbaar objectief element vreemd aan elke foutnotie.
Toepassingsgevallen kunnen zijn: de ernstige ziekte van de handelsagent, de sluiting van de onderneming of een reorganisatie, …
Uiteindelijk rust de uiteindelijke beoordelingsbevoegdheid bij de rechter ten gronde die eventueel door de partijen gevat wordt in het kader van een geschil over de correcte toepassing van deze beëindigingswijze.
Ernstige tekortkomingen
De tweede mogelijkheid tot beëindiging zonder opzeggingstermijn bestaat uit de dringende reden, m.n. een fout die zodanig ernstig is dat de handelsagentuurovereenkomst niet kan verdergezet worden.
Hoewel het begrip niet gelijkstaat aan de dringende reden die gekend is uit het arbeidsrecht, is er een zekere analogie. Ook de “grove tekortkoming” bij de verkoopsconcessie vertoont gelijkenissen. Het gaat telkens om een zware fout begaan door één van de partijen.
De fout moet zo ernstig zijn dat ze leidt tot een definitief onmogelijk worden van het verderzetten van elke professionele samenwerking, en dit zonder opzegging en zonder beroep op een rechter.
Er zijn verschillende fouten die een ernstige tekortkoming kunnen uitmaken, maar deze moeten steeds in concreto getoetst worden aan de specifieke omstandigheden. Het volstaat dus niet om naar de toepassingsgevallen van art. 35 WAO te verwijzen. De handelsagentuur heeft een autonoom karakter. De ernstige tekortkoming is ook niet te herleiden tot contractuele wanprestaties.
Voorbeelden van een ernstige tekortkoming
Enkele voorbeelden van omstandigheden die een éénzijdige beëindiging wegens dringende reden zouden kunnen ondersteunen:
– Vervalsing van documenten zoals bestelbons;
– Valsheid in geschrifte of oplichting;
– Paralleldistributie;
– Het niet-vergoeden van de handelsagent;
Nogmaals, het is onmogelijk om vooraf en in abstracto te bepalen welke tekortkoming een dringende reden kan uitmaken. U kan zich in voorkomend geval steeds laten bijstaan door de gespecialiseerde advocaten van ons kantoor.
Termijn en vorm van de beëindiging
Los van eventuele bewijsproblemen, is er geen specifieke vorm vereist voor de kennisgeving van beëindiging wegens dringende reden.
De beëindiging moet binnen de 7 werkdagen aan de andere partij ter kennis worden gegeven:
“De overeenkomst kan niet meer worden beëindigd zonder opzegging of voor het verstrijken van de termijn, wanneer het feit ter rechtvaardiging hiervan sedert ten minste zeven werkdagen bekend is aan de partij die zich hierop beroept.”
Termijn en vorm van de motieven
Anders dan de beëindiging zelf, is de kennisgeving van de motieven wel aan vormvereisten verbonden:
“Alleen de uitzonderlijke omstandigheden of de ernstige tekortkomingen waarvan kennis is gegeven bij gerechtsdeurwaardersexploot of bij een ter post aangetekende brief, verzonden binnen zeven werkdagen na de beëindiging, kunnen worden aangevoerd ter rechtvaardiging van de beëindiging zonder opzegging of voor het verstrijken van de termijn.”
Deze vormvereiste is niet op straffe van nietigheid voorgeschreven en kan vervangen worden door een gelijkwaardige akte (Cass. 9 januari 2006).
Een tekortkoming waarvan geen kennis is gegeven in de opzegbrief, noch binnen de 7 werkdagen die daarop volgen, kan niet aangehaald worden ter staving van de opzegging wegens dringende reden.