Principe van de voorrang van de tram
Een tram krijgt voorrang op elke weggebruiker. Die laatste moeten zich zo snel mogelijk van de sporen verwijderen. Dat legt de Wegcode op in art. 12.1. in verband met spoorvoertuigen:
“Elke weggebruiker moet voorrang verlenen aan de spoorvoertuigen; daartoe moet hij zich zo snel mogelijk van de sporen verwijderen.”
De formulering (zo snel mogelijk) geeft aan dat de voorrang van het tramvoertuig dus verre van absoluut is. Er bestaat geen voorrang van de sporen die te allen tijde moeten vrijgehouden worden.